Pensioenaangifte vanaf 1 januari 2026

Voor de pensioenopbouw van uw werknemers doet u ieder loontijdvak pensioenaangifte. U levert aan via een loonpakket of via het Selfservice Werkgevers Portaal. Sinds 1 januari 2026 geldt de nieuwe pensioenregeling van bpfBOUW. Dat betekent ook wat voor het aanleveren van loon- en premiegegevens (LPG). Veel blijft hetzelfde, maar er veranderen ook onderdelen. Op deze pagina leest u meer.

Wat blijft hetzelfde

Kort op een rijtje wat precies zo blijft als nu. 

  • Aansluitnummer blijft hetzelfde.
  • Leveranciersnummer is ongewijzigd.
  • Inkomstenverhoudingen (IKV) blijven gelijk. Dat betekent dat u deze niet hoeft te beëindigen. En dus ook niet opnieuw hoeft aan te maken. 
  • U blijft pensioenaangifte doen via uw salarispakket of het SWP. De LPG blijft een XML-format. 
  • Gegevens moeten en blijven binnen de jaargrens vallen. Het 1e loontijdvak begint altijd op 1 januari. Het laatste loontijdvak eindigt altijd op 31 december.  
  • U blijft als werkgever verantwoordelijk voor de tijdige en juiste aanlevering van de gegevens en premies. Wij blijven hier controles op uitvoeren. 
  • U blijft facturen ontvangen voor de premie die u ieder loontijdvak verschuldigd bent.
  • De rekenregels voor BTER-regelingen blijven hetzelfde.
Wat verandert in 2026? De producten in uw aangifte

U doet pensioenaangifte met 3 premieproducten:

  • Opbouwpremie: Dit is de premie voor het persoonlijke pensioenvermogen van de deelnemer voor het ouderdomspensioen. 
  • Risicopremie: Dit is de premie waarmee het partnerpensioen bij overlijden vóór pensionering, het wezenpensioen en de premievrije opbouw tijdens arbeidsongeschiktheid wordt gefinancierd. Met deze premie wordt de reserve die we hebben om tegenvallers op te vangen aangevuld. Ook dekken we met deze premie de uitvoeringskosten. 
  • Arbeidsongeschiktheidspremie: Dit is de premie voor het arbeidsongeschiktheidspensioen, als dit binnen uw sector of cao van toepassing is.

U blijft ook aangifte doen voor de BTER-regelingen van uw sector. 

Productloon werkt met daadwerkelijk inkomen in loontijdvak

In de nieuwe pensioenregeling werken we voor het productloon niet meer met fulltime-jaarinkomen. We werken vanaf 1 januari met het daadwerkelijke pensioengevend inkomen van de werknemer in het loontijdvak. U hoeft het inkomen dus niet meer om te rekenen naar fulltime en jaar.

Nieuwe rubrieken
  • Periodefactor: Deze rubriek geeft aan op welk gedeelte van het volledige loontijdvak de gegevens in de aangifte betrekking hebben. Bijvoorbeeld: bij een volledig loontijdvak is de waarde 1 en bij een half loontijdvak 0,5. Dit dus is niet hetzelfde als het deeltijdpercentage, waarbij u aangeeft welk percentage van de totale uren in een periode een werknemer werkt.
    Bij aangifte via uw salarispakket levert u deze nieuwe rubriek aan via uw salarispakket. Vaak gaat dit automatisch, overleg dit met uw pakketleverancier. U kunt een levering met de periodefactor vanaf 1 januari 2026 ook doen in het Selfservice Werkgevers Portaal (SWP). Bij aangifte via SWP berekenen we dit alvast voor u.
  • Normuren: Deze rubriek geeft aan wat de standaard arbeidsduur per week is bij een fulltime dienstverband. Het geeft aan wat de norm is binnen uw bedrijf. In uw cao staat de norm en toegestane afwijkingen hierop beschreven. 
Rekenregels

Omdat het productloon in de nieuwe pensioenregeling met het periodeloon worden ook de rekenregels voor de premieproducten aangepast. Deze nieuwe rekenregels vindt u op de pagina Premies.

Pensioenpremie tot AOW-leeftijd

Als werkgever betaalt u pensioenpremie voor uw werknemers totdat zij de AOW-leeftijd bereiken. In de huidige pensioenregeling betaalt u premie tot de 1e van de maand waarop uw werknemer 67 wordt. 

Onbetaald verlof

Wij gaan er standaard vanuit dat uw werknemer de pensioenopbouw en de premieafdracht de eerste 18 maanden van het onbetaald verlof wilt voortzetten. Maar uw werknemer kan ervoor kiezen dit niet te doen. Uw werknemer geeft deze opt-out zelf aan ons door. Deze opt-out geldt alleen voor de opbouw van het ouderdomspensioen. De overige risicopremies blijven wel van toepassing en hiervoor loopt de premieafdracht dus door.

U doet voor loontijdvakken met (gedeeltelijk) onbetaald verlof altijd aangifte. Of de pensioenopbouw nu wel doorloopt of niet doorloopt. U doet aangifte met verbijzondering OVW (onbetaald verlof). De verdeling van de premie tussen werknemer en werkgever kan in deze periode afwijken van de standaard verdeling.

Let op: de BTER-premies worden in principe tijdens de periode van voltijd onbetaald verlof niet voortgezet. Deze zijn namelijk gebaseerd op het daadwerkelijke loon.

Wij willen graag weten wat u vindt van werkgevers.bpfbouw.nl. Help ons en beantwoord 1 gemakkelijke vraag. Of laat ons weten wat wij moeten verbeteren. Mening delen Nee, bedankt